Best moeilijk ,valt me elke keer op. Poëzie is als het goed is, zeer persoonlijk, en elk woord telt.
Als je dan met een groepje bij elkaar zit en een gedicht genadeloos (al is het zo misschien niet bedoeld…) tegen het licht houdt, dan heb ik het gevoel dat er een vlinder op tafel ligt, waar de vleugels uitgetrokken worden.
En ja, zonder vleugels….

Tegelijkertijd kan ik genieten van het mijmeren over een woord, een punt of een komma. Een suggestie voor een sterkere begin of eind-zin. Wat je noemt verkeren met geestverwanten.

Mooi , die gedichten waarin je onder vele dekentjes, de stem van iemand herkent. De stem die opborrelt uit zijn of haar eigen bron. Simpel maar aangrijpend vond ik het gedicht van Sarah Kinebanian over de ramp met het vliegtuig. Ik neem het letterlijk over, hoewel er nogal wat suggesties voor veranderingen de revue passeerden.

“MH 17
We zaaiden mais en zonnebloemen
en tarwe zoals ieder jaar
in de akkers rond ons dorp

We verwachtten natuurlijk een oogst
maar deze niet

De oogst was oorlog
argwaan onzekerheid beschietingen
en toen nog erger
lijken uit de lucht
delen van mensenlevens
delen van mensen
Laat ons met rust
ook wij hebben geleden.”