Vriendin L. die ik al 50 jaar ken, nam vandaag afscheid van haar baan als wethouder en werd en passant verrast met een Koninklijke onderscheiding.

Ik was en ben trots op en blij voor haar, ze heeft er hard voor gewerkt. Gelukkig waren er familie en vrienden die haar een warm hart toedragen, want er was tevens een pijnlijk gemis.
Haar man, een stille steun en toeverlaat op de achtergrond is vorig jaar plotseling overleden en zo schitterde hij nu door afwezigheid. Maar de feestzaal, de prachtige aula van een middelbare school was afgeladen vol met mensen die haar toejuichten.

En allerlei personen met wie zij de afgelopen dertig jaar heeft gewerkt, stonden klaar met ‘veren’ om ze op haar hoed te steken (ja, ik weet dat de uitdrukking eigenlijk anders is.)

De burgemeester met wie ze jaren lang goed heeft samengewerkt, had de laatste toespraak en hij mocht haar ook de versierselen van de Koning opspelden. Hij vroeg zich af hoeveel veren kan een mens aan. Maar hij had toch nog wel wat extra veren in de aanbieding.
Haar doorzettingsvermogen, vakkennis , visie en creativiteit kwam vaak voor bij. En ik herkende alles wat men van haar vond , want dat vind ik nl. ook. Maar een ding miste ik, dus die veer had ik lekker nog achter de hand. Namelijk haar Trouw.
Chapeau meisje!