Journalist Ton van den Berg praat wekelijks met bekende en onbekende Utrechters in stad en regio. Dit keer met Marlies Souren (55-plus) die haar gedichten en proza steeds meer op het podium presenteert.

Utrechtse dichteres solliciteert naar optreden in Nacht van de Poëzie

Marlies Souren is klaar voor een doorbraak

2010 wordt het jaar van Marlies Souren. U kent haar nog niet? Zij is die 55-plusser die gedichten en proza schrijft en daarmee de bühne op wil. Nee, beter gezegd: de bühne op gaat! Er worden afspraken gemaakt met het Schillertheater, ze is betrokken bij het festival Mooie Woorden, gaat optreden in de American Womans’club, bij stichting Elf en bij Utrecht voor Utrecht. Maar haar droom…, is een optreden tijdens de Nacht van de Poëzie.

Maar er is twijfel,: “Tja, ik ben bang dat ik daar niet voor wordt gevraagd. M’n leeftijd. Vroeger was ik te jong. Toen stonden er voornamelijk oude dichters, zoals de serieuze Kopland, Lucebert en Schierbeek. En nu is er Ingmar Heytze die de Nacht mag samenstellen, hij kiest voor jonge dichters die meer recht voor z’n raap schrijven. Prima, maar ik wil nu eindelijk…, niet alleen bezoeker zijn, maar ook zelf op dat podium staan. Ik ben het onderhand aan mijn talent en mijn gevoel voor eigenwaarde verplicht. Ik heb de afgelopen dertig jaar zoveel gedaan om anderen een kans te geven, zich te profileren. Dit, dit wordt het jaar van Marlies Souren.”

Fotograaf Ton van den Berg - 001

In de bamboetuin achter de woning van Souren, die door de sneeuw is veranderd in een sprookjesbos, staat een zuil van Italiaanse zandsteen met de regels: ‘Tegen toekomst die komt, Zeg: Kom, Kom toch, Kom!’ Het was een gedicht dat ze schreef om uit de depressie te raken waarin ze terecht was gekomen nadat haar echtgenoot Wim Sprij een paar dagen na haar verjaardag in 2005 stierf. Het werden dichtregels die nog steeds goed op haar van toepassing zijn, want ze heeft nog veel op haar verlanglijstje. Meer bekend worden bij een groter publiek. Niet alleen als dichter en schrijver, maar ook als performer.

Ja, ze heeft de gene van zich af geschud. “Een van mijn voornemens is dat ik het woordje ‘oud’ uit mijn woordenboek ga schrappen. Wat ik tegen het woord oud heb? Anderen vinden je oud en oud betekent vaak dat je minder kansen krijgt, los van de kwaliteit van je werk, dat je niet meer mee telt. Onzin natuurlijk. Ik ken iemand van 85 die heel spiritueel is en op wie ik verliefd zou kunnen zijn.” En zegt ze er lachend achteraan: “Maar hij heeft al een vriendin, en ik heb zelf een leuke vriend, dus het is niet aan de orde.”

Ze vervolgt: “Alles moet tegenwoordig jong en flitsend zijn. Ik hoor dan misschien voor anderen bij de ouderen, maar ik ben leeftijdloos in mijn denken. Dus grijp ik nu de kansen die me aangeboden worden. Ook op het podium. Op een podium ben ik in m’n element. Ik wil gedichten voordragen, vertellen. Stand-up comedians, spreken me aan. Omdat ik hun drive herken”

Heeft Souren zich gemeld bij Heytze, de stadsdichter, met de vraag of zij mag optreden tijdens de Nacht van de Poëzie? “Er valt niks te melden! Ik heb hem onlangs een mailtje gestuurd met de vraag of hij mijn nieuwe boek heeft ontvangen want ik had nog geen reactie van hem gekregen. Z’n antwoord was: ‘Ja, ik heb het ontvangen! Merci’. Ik vind hem heel goed en leuk, maar misschien heb ik de leeftijd van zijn moeder en dring ik daarom nog niet tot hem door. Maar de Nacht van de Poëzie is al meer dan 25 jaar een droom voor me en misschien lukt het dit jaar. Na 7 dichtbundels en met zelfvertrouwen ben ik er klaar voor.”

Fotograaf Ton van den Berg - 002

Het boek dat ze aan Ingmar stuurde en dat sinds kort te koop is in de boekhandel, is getiteld ‘Kettingboek’. Korte verhalen en gedichten heeft Souren aan elkaar geregen, zoals parels aan een ketting. “Ik ben trots op dit boek. Ik had al 7 dichtbundels, maar nu voor het eerst ook proza in een boek. Jarenlang had ik een column op de vrouwenpagina van het Utrechts Nieuwsblad en ik heb twaalf jaar recensies en interviews geschreven in kranten en designbladen. Maar nu schreef ik eigen verhalen en columns, soms fictief, maar ook wel gebaseerd op dagelijkse waarnemingen. De reacties die ik krijg (ook van literatuurkenners) zijn enthousiast. Zo ook de reacties op mijn dagelijkse weblog.”

Op dat log staan gedichten van haar zelf, van collega-dichters maar ook alledaagse gebeurtenissen: “Ik verbaas me dagelijks over ‘gewone’ dingen die toch bijzonder zijn. Dat iemand zomaar heel aardig is voor een ander bijvoorbeeld. Dan schrijf ik daar over. Ik ben een observant, gelukkig iets minder dan voorheen. Ik kreeg echt last van al dat observeren. Ik zat vaak achter een ‘glazen wand’ het leven in me op te nemen. Ik kon nooit eens gewoon een deelnemer zijn. Dat lukt me nu meer, maar ik heb wel de naam. Onlangs bij een bijeenkomst van de Ladies Talking Circle bespraken we een precair thema. Achteraf vroeg een van de dames, ‘Ga je hier iets over schrijven of komt het op je blog?’ Ik voelde me betrapt, alsof ik een spion ben. Weet je wat het is? Ik wil gewoon graag ervaringen delen met anderen en dat geldt ook voor wat ik zie, waar ik blij mee ben of waarover ik me kan opwinden. ”

De Ladies Talking Circle? “Dat is een groepje vrouwen uit diverse disciplines, dat ik zelf benaderd heb om maandelijks over allerlei thema’s te praten. De aanleiding was dat ik ooit zoiets had gelezen en nadat ik ook een keer op CNN iets over zo’n Circle gezien had, dacht ik: ik richt er zelf een op. Het komt voort uit een orale- traditie bij de Indianen. Je maakt gebruik van een versierde ‘talking stick’ In een bijeenkomst van Indianen mag alleen de persoon spreken die de talking stick van het stamhoofd heeft gekregen. Wat me opvalt is dat als iemand van ons die stok in haar handen heeft zich bewuster is van de ‘macht’ van het woord. Daardoor zijn die bijeenkomsten soms heel intens. Het geeft mij intellectuele voeding en een gevoel van verbondenheid. Ook dat valt voor mij onder woorden delen met anderen.”