Een prachtige tijd doorgebracht in september op het eiland Lefkas (waar ik nog nooit van had gehoord) We woonden in een klein appartement in een zogenaamd “onbeduidend vissersplaatsje.”
Maar hoe veel familie-liefde, vriendschap en gastvrijheid hebben we daar mee gemaakt. Ik wist echt niet dat zoiets nog bestond. Wonderlijk dat sommige “lands tradities”nog steeds voortleven. Veel Griekse mensen informeerden nog naar (wij als “vreemdelingen”) onze herkomst en wilden dat we ons welkom zouden voelen.Net als in de tijd dat vreemdelingen nog een zeldzaam verschijnsel waren. En dat na al die toestanden met Brussel waar wij voor hun gevoel zo dicht bij wonen.
Het is zoals vriendin Hanneke tegen mij zei: “De zelf bewuster en echt klassieke gastvrijheid van de Grieken heeft (destijds) veel indruk op me gemaakt, niet serviel, niet berekenend en niet onachtzaam.” Ja zo ervoer ik dat nu in 2018 ook nog.
S avonds gingen we bijv. (dan waren we er overdag ook al twee keer geweest) voor een Cappuccino fredo naar het cafeetje op de hoek. De jonge eigenaars Spiros en Dionysika Manolitsis leken wel een soort toevluchtsoord, voor mensen uit het dorp die s’avonds daar zaten zonder televisie,zonder herrie, zonder ophef. Gewoon daar zitten op het overdekte terras. Gewoon genoeg aan elkaars gezelschap. Dat heeft een diepe indruk op mij gemaakt. Binnen de kortste keren kenden die mensen ons (ze voelden denk ik onze betrokkenheid en ons genieten ervan) en werden we a.h.w bevriende buren, waar je naar zwaait en die je zomaar iets extraas toestopt voor bij de koffie of de Ouzo.
Ook toen we een scooter huurden ….(ik ben overigens niet zo bestand tegen een scooter zonder vering) leefden ze mee en vonden ze het stoer, dat we op die manier hun eiland verkenden. Nou ja, het was vooral mijn vriend die dat avontuur onbevangen aanging. En ik zat gewoon met grote helm! achterop en vertrouwde me aan hem als driver toe. Maar toen we op gegeven moment vielen met de scooter, (gewoon een verdieping in het wegdek, dus niet onze schuld) en met behoorlijk geschaafde en ontvelde armen thuis kwamen, leefden ze weer mee. Op een prettige betrokken manier.
Het eiland zelf bood ook menige verrassing. Aan alle kanten zag je de zee. (logisch zul je denken) maar voor mij was het een verrassing. Overal die azuur kleurige zee en de onbewolkte blauwe lucht erboven. De rotsen die dit plaatje elke keer in lijsten. En de havens onderweg die het geheel met hun zeilboten in blauw en wit iets idyllisch gaven. De kleine dorpswinkeltjes waar ze ons met handen en voeten probeerden antwoord te geven op onze toeristische vragen: “Hebt u ook wasmiddel, jodium en koekjes?” Dorpen die soms voor de helft uit ruïnes en rotsooi (letterlijk gedumpt afval) bestonden en van de andere kant uit prachtige huizen met trapjes en uitzicht over de zee.
We hebben daar werkelijke echtheid ervaren en gastvrijheid en onderlinge vriendschap. En nu zit ik hier met letterlijke heimwee naar deze mensen en deze ervaringen.