Een brief van mijn vader in de oorlog. Of: hoe de omstandigheden je leven kunnen veranderen.

Dat is weer eens iets anders als de moeder, de vrouw. Voor mij ligt een brief uit april 1940. Er zit een postzegel op van 5 cent met de afbeelding van Koningin Wilhelmina. Het is een brief van mijn vader aan mijn moeder. Volgens mij een van de weinige brieven die hij ooit geschreven heeft. Ik ben heel erg zuinig op die brief. (ik kreeg hem van mijn moeder in bewaring, nadat ik er diverse keren om gevraagd had.) Nu kan ik hem pas teruggeven in de hemel. Nou ja dat wil zeggen, ik ben bang dat dit niet gaat lukken. Ik wil gecremeerd worden dus dan vliegt hij in brand, en of ik sowieso ooit de hemelpoort zal bereiken. Daar durf ik geen gif op in te nemen.

Ik wilde eigenlijk eerst een blog wijden aan de mooie brieven van mijn moeder, maar daar ben ik zelf nog niet aan toe, om daar de essentie uit te halen. Bovendien zou het nu echt lijken alsof ik me baseer op de geschreven woorden die nu opeens in druk verschijnen n.a.v het thema van de afgelopen Boekenweek, de Moeder, de Vrouw.

En dat is niet zo, want ik studeerde al veel vaker op de brieven van mijn moeder. Langer dan een half uur kan ik daar dan nooit mee bezig zijn. Het prachtig gelijkmatige handschrift , dat alleen al, dat ontroert mij elke keer als ik zo;n brief ter hand neem. Geen wonder dat ze altijd zei dat ik een doktershandschrift had. Een recept dat je dus niet kon lezen. Maar vooral grijpt het me elke keer aan dat de inhoud van de vaak bezorgde brieven met raadgevingen e.d. zo in tegenspraak lijkt/ leek/ met onze verstandhouding. Die was nooit zo goed tot mijn 18 de jaar. Ik was geloof ik een teleurstelling voor mijn moeder. En onhandig gekneusd couveuse kind , waar ze niet zo veel mee kon. In die tijd werd aan de ouders van een veel te vroeg geboren kind helaas geen voorlichting geboden.

Maar het gaat nu dus even om die brief van mijn vader. Hij schreef hem in den Helder in april 1940.

Hij schrijft daarin onder meer dat hij de afgelopen 14 dagen ernstig ziek is geweest. Ik heb op een ziekenzaal gelegen en ben negen kilo afgevallen.Je zult je afvragen, waarom heeft hij dat niet laten w eten? Als ik het had laten weten, dan zou je misschien van alles gaan denken, en dan wordt het nog veel erger dan het is. Dan werd je misschien ongerust . Dus dit heb ik voor mijzelf zo beter gevonden. Je moet dus ook maar niks laten weten bij mij thuis. Want mijn moeder is op dat gebied nogal snel overstuur. (zijn vader overleed jong en liet die moeder met een groot gezin alleen achter.)

Gisteren was het heel mooi weer en er zijn veel kameraden naar me toe gekomen om me op te zoeken en ze zeiden allemaal het zelfde: Piet wat ben je toch mager geworden, mager en bleek. Ik hoop nu dat de verloven gauw los komen, dan kan ik weer eens naar u toe komen. Dan zal het allemaal wel weer snel beter met me gaan, he lieveling. Als we maar vrij zijn voor de Pinksteren. Dat zou ik wel graag willen. Ik hoop er op omdat we ervan uitgaan dat Nederland neutraal is.

(ik weet niet of hij toen met Pinksteren 1940 , met zijn paard naar het dorp van mijn moeder is gekomen. Want dat vind ik ook nog steeds een prachtig verhaal dat mijn vader, uit en heel ander dorp met een heel andere mentaliteit , dwz meer “vrij” en ook nog een flink eind bij de boerderij van mijn grootouders vandaan, naar Schimmert kon komen Er was geen vervoer, geen bus, ze hadden geen geld voor een auto. En dus kwam hij (als vrijer) te paard naar zijn meisje. Hoe romantisch wil je het hebben. )

Dan gaat de brief verder; “je schrijft mij in jouw brief schat: Ik wil maar geen zoentjes meer in de brief doen want ik krijg er ook geen van jou, Ze gaan waarschijnlijk verloren op die lange reis maar ik zal er hier weer een paar in doen voor jou. Dan moet je maar eens goed kijken of die er nog nog inzitten, maar ik ben er bang voor. Als jij het dan ook probeert ook Ja of Nee , en zo niet dan hoef je het ook niet meer te proberen, want dan werkt het toch niet.

Voor de rest heb ik geen nieuws , Het is hier eenzaam. En als d e omstandigheden i anders waren dan hadden wij nu weer een mooie tijd voor de deur staan. Het is nu maar een rare onzekere situatie .”

Hij eindigt de brief uiteindelijk met: “Ontvang de beste groeten en zoentjes van je liefhebbende P.”

Bijna 80 jaar geleden werd die brief dus van uit den Helder geschreven op een netjes dubbel gevouwen gelinieerd stuk papier. Hoe vaak ik me al afgevraagd heb hoe, zoiets als een handgeschreven brief, ….waarin ogenschijnlijk niet veel bijzonders wordt vermeld….wel zoveel emotie kan oproepen.

En het antwoord moet ik elke keer schuldig blijven. Uit die brief spreekt zorg (ik wil je niet doen schrikken, met die 9 kg dat ik afgevallen ben… zeg het maar niet tegen mijn moeder. Ik hoop dat ik je met Pinksteren zien kan. Maak je geen zorgen, want Nederland is immers neutraal. En een beetje lieve humor: ik wil je wel zoentjes sturen, maar zullen die de lange reis overleven. Er is zg. niks aan de hand, vrijheid , blijheid, maar het is een rare onzekere situatie , met die dreigende oorlog.

Er is heimwee, ook naar zijn meisje, maar dat alles wil hij niet laten merken. Daarom schrijft hij zo;n mooie brief waaraan ik kan zien, dat hij op zijn hand schrift ongetwijfeld zijn best heeft zitten doen. En hij doet hij dan toch zoentjes in die brief, ook al weet hij dat ze de reis per post misschien niet overleven.

En dit is een geschrift uit de tijd dat ik nog lang niet was geconcipieerd en de oorlog ook nog lang niet voorbij. Uiteindelijk gaat die man op de boerderij van mijn groot ouders wonen. En neemt hij daar het kwijnende management over. Ik heb veel later begrepen van een van mijn ooms dat mijn vader graag een andere boerderij had gekocht , op een heel andere plek. Daar wilde hij een nieuw leven opzetten voor zijn vrouw en zichzelf.

Die droom kon nooit werkelijkheid worden, omdat mijn moeder gewoon niet weg wilde uit haar geboortedorp (hoewel ze echt wel in de wereld om haar heen geïnteresseerd was) ze wilde de boerderij van haar ouders niet in de steek laten. En daarmee ook haar ouders niet. Mijn groot ouders woonden a.h.w bij ons in. En dan was er nog een ongetrouwde broer van mijn moeder, die nadat zijn verkering was uitgeraakt ,geen ander vrouw meer wilde. Dus die kon ook niet in de steek gelaten worden. Dat was nog eens thuiszorg…. En mijn vader had dat offer dus allemaal over voor zijn vrouw. Want daar kwam het in feite wel op neer. Hij kwam terecht in een familie commune, en dan ook nog een familie die heel anders in elkaar zat. Nette keurige gerespecteerde mensen, die al hun hele leven in dat (mooie!) dorp woonden. Met diverse religieuze familie leden. Mijn oma die zich er op liet voorstaan dat ze van oorsprong uit een Belgische familie van adel kwam (die kwamen van oorsprong uit Frankrijk) Welke dat is mij nooit helemaal duidelijk geworden. In elk geval waren ze verarmd dat kan niet anders. Het lijkt mij en behoorlijk ingewikkelde situatie maar het was kiezen of delen. Wat moest mijn vader met zijn meer joyeuze vrijbuiters natuur daar?

Mijn groot ouders van moeders kant keken aanvankelijk met argusogen naar die grote sterke kerel die voortvarend te werk ging. Heb ik later begrepen. Ze hielden niet van ruzie en ja ze moesten zich ook wel aanpassen want tenslotte was mijn moeder degene die de boel bij elkaar hield. Mijn oma had iets sjieks, een zekere distinctie.

Haar broer (de broer van oma dus) was hoofd van de lagere school. Een nichtje van haar werd Karmelietes in de H. Land stichting bij Nijmegen. Een broer van mijn moeder werd hoofd ‘ener kweekschool’ in de Congo, Een andere oudoom oma was leraar in Amerika. Maar dat alles hielp hun niet echt vooruit, de boerderij moest worden opgebouwd om al die mensen te onderhouden. Mijn sjieke oma was meestentijds depressief, (helaas een familiekwaal) en mijn arme moeder moest haar eigen ambitie om landbouwlerares te worden, opgeven.. Ze werd later wel een uitstekende kok, en een voortreffelijke huisvrouw (helaas verdrongen ambities volgens mij ) Maar dat werd allemaal pas veel later duidelijk.

Ze was eigenlijk (maar dat schijn je in die tijd wel vaker gehad te hebben) de moeder- overste van dat samen gestelde gezin. Mijn vader had een visie hoe hij het bedrijf wilde opbouwen , maar in dat keurige behoudende gezin werd zijn visie vaak gedwarsboomd en dan kwam een andere kant van zijn karakter naar buiten . Dan werd hij (misschien noodgedwongen) autoritair. En die autoritaire man , leek niet veel op die zachte man uit de brief van 1940.

Tragisch hoe je leven soms gevormd wordt door de omstandigheden. Ook de vader, de man,wordt dan een heel andere figuur dan hij oorspronkelijk van plan was.