Dat gebeurde afgelopen avond in een klein theater in Utrecht.
Meestal ken ik de dichters die gaan voorlezen wel en als ze dan hun mond opendoen en voordragen uit eigen werk, dan ontroert mij dat bijna altijd. Omdat het zo verbonden is met iemands persoonlijkheid.
Okay, binnenkort worden er weer sinterklaasgedichten gemaakt (dat mag toch nog wel, of zijn er dan mensen die zich gediscrimineerd voelen?) die zijn vaak verbonden met de gift: “Dit zal je leren, nu moet je jezelf elke dag scheren.”
Dus daar heb ik het niet over.
Bij iemands voordracht hoort ook de stem, de intonatie, zo vind ik het altijd jammer als ik Sarah Kinnebanian hoor, dat ze schrijft in het Nederlands, terwijl ik het mooie Engels van de Cambridge universiteit waar ze klassieke talen studeerde er door heen hoor.
Er was ook veel om te lachen dat is dan bevrijdend , Noortje Kamer bijv. die op haar eigen artistieke en authentieke manier voordroeg en ook onder een tafel ging zitten , om vandaaruit poëtisch commentaar te leveren. De jabbertalk-gedichten van Jolanda Oudijk vond ik ook grappig. Wat je noemt, spelen met taal en ja Mia Wittop Koning is natuurlijk, de koningin van het “light verse” waardoor ze ook zonder blikken of blozen kan vinden dat het goed is dat iemand die vanwege veel roken overleed aan een longziekte zich laat cremeren, want ‘ja die schoorsteen moet ook roken’.
Ik las zelf mijn writers block gedicht voor, en wat aardig (echt) om van gewaardeerde collega’s te horen dat daar toch echt helemaal niks (meer) van te merken was. Tja hoe kan ik uitleggen dat ik door alle verhuis-ellende echt geen letter meer op papier kreeg…..?
Welterusten.!